Bebalking Aftekenen
De bebalking wordt met potlood afgetekend op de binnenkant van het blad. Fouten kunnen eenvoudig met een vlakgum worden weggewerkt. Een tekening onder het blad, waarop de balkuiteinden zichtbaar zijn bespaart veel meetwerk.
De plaats van de brugondersteuning (‘bridge reinforcement plate’) wordt als volgt bepaald: de 16e fret zit op de rand van de kast. Bij een mensuurlengte van 762 mm zit de 16e fret op 459.6 mm vanaf de topkam, het brugbeen zou op 302.4 mm (=762-459.6) vanaf de kastrand moeten komen. Door de compensatie komt hier nog 1.5 mm bij: 304 mm. De brugondersteuning wordt 10 mm groter gemaakt dan de brug, dus de afstand tot de kastrand wordt 294 mm. Deze ondersteuning bestaat uit een 2 mm dik stukje hardhout, dat moet voorkomen dat de snaaruiteinden het zachte bovenblad beschadigen. Het plaatje wordt passend tussen de balken gezaagd.
Dwarsstrip
Als eerste wordt de dwarsstrip aangebracht dwars over het blad, direct onder de brugondersteuning. Dit leek nodig, omdat het blad in dwarse richting vrij slap aanvoelde, en ik gelezen had dat deze techniek voor dit doel werd toegepast. De strip is slechts 1 mm dik, maar met een truc wordt ervoor gezorgd dat deze toch de nodige sterkte en bolling toevoegt: met een föhn wordt het blad verwarmd / gedroogd, zodat dit gaat krimpen. De strip met normaal vochtgehalte wordt hierop gelijmd.
Als het blad weer de normale vochtigheid heeft verkregen en gaat uitzetten, trekt het door de weerstand van de strip bol.
Omdat het uiteindelijk toch teveel van het goede leek, is de strip achteraf opgedeeld in stukjes. Ik ben ervan overtuigd dat dit de juiste beslissing is geweest: bij een volgende gitaar wordt helemaal geen strip meer toegepast, de redenen voor dit besluit worden beschreven in het hoofdstuk ‘Bovenblad ontwerpen‘. Bovendien bleek achteraf dat de angst ongegrond was: het bovenblad is op de compleet afgewerkte gitaar niets slapper dan andere bovenbladen.
Balken maken
Balken voorbereiden
De gewenste bolling van de balken staat elders beschreven, en er zijn meerdere methoden om de balkjes (en dus het blad) bol te krijgen: aftekenen en uit de hand schuren, op een bandschuurmachine, en tegenwoordig vaak m.b.v. een ‘dish’. Dit is een schotel van MDF die de juiste kromming heeft. In deze schotel wordt schuurpapier geplakt, en hierin worden de balkjes op maat geschuurd.
Een heel erg mooie methode leerde ik van Jan Zonjee: balkje gebogen inspannen, kromming recht schaven, balkje laten terugveren, en klaar. Bijkomend voordeel is dat met deze methode de balk niet cirkelvormig, maar parabolisch wordt. Dit zou de constructie nog sterker maken. Voor dit inspannen is weer een hulpmiddel gemaakt.
Solera uitbreiding
Voor het aanbrengen van de bolling van het bovenblad krijgt de solera een tijdelijke uitbreiding: een triplex plaat in de vorm van het voorblad wordt op de solera geschroefd: onder deze plaat worden afstandstukjes geplaatst voor de juiste hoogte: op de plek van de brug 0 mm, verder naar onder en boven oplopend in dikte, zodat het een vloeiend verloop naar de rand ontstaat.
Lijmen
De solera wordt in het go-bar deck geplaatst, daarbovenop wordt het bovenblad gelegd.
Er zijn twee redenen om het profileren pas na het lijmen te doen, en niet van tevoren:
- Door de balken plat te laten aan de bovenzijde is er een groter raakoppervlak, en glijden de go-bars er niet af
- Door de balken hoog te laten, wordt de druk tijdens het lijmen gelijkmatig verdeeld, wat voor een goede lijmverbinding zorgt
De volgorde van het lijmen wordt bepaald door hoogte en positie: er moet voor worden gezorgd dat de balken met beitel en schaaf bewerkt kunnen worden, zonder dat andere balken in de weg zitten. Niet alleen de balken die op dat moment worden gelijmd worden ingespannen, maar ook de overige, zodat het blad de juiste bolling heeft tijdens het lijmen.
Alle hout/hout verbindingen worden uitgevoerd met ‘Titebond Original’, met het rode label.
Tornavoz buitenring
Een afgekeurde maple zijwand wordt op 2 mm dikte geschaafd. Voor het deel van de tornavoz dat onder het klankgat wordt gelijmd, wordt een strook van 2.5 mm afgezaagd.
Na 0.5 uur weken, wordt de strook tot een cirkel met de juiste diameter gebogen. Voor de verhitting worden een buis met een iets kleinere diameter en een verfafbrander gebruikt. Om de buis een natte lap, om ervoor te zorgen dat de witte maple geen schroeiplekken krijgt.
De strip wordt op lengte gezaagd, de uiteinden aan elkaar gelijmd, en in een later stadium in de sponning onder het klankgat geplakt.